Mijn vriend, de Dood

Op 28 September 2018 werd ik gebeld door mijn huisarts. In één zin legde hij uit wat er aan de hand was: ik had een acute, levensbedreigende ziekte en moest me binnen een uur melden in het ziekenhuis. Ik belde mijn vrouw en mijn zakenpartners, zette mijn telefoon op stil en stapte op mijn elektrische stepje. Zwierend door de herfstzon reed ik naar huis, waar mijn totaal overdonderde vrouw op me wachtte. Ik dacht dat het de laatste rit van mijn leven zou worden; ik kon er maar beter van genieten. Dat bezoek aan het ziekenhuis werd een een verhaal van vijf maanden. Het was een kronkelig pad, dat niet zelden langs de afgrond liep. In dat ziekenhuis zag ik twee deuren die naar buiten leidden: een links en één rechts. De rechterdeur verschafte toegang tot het Leven; achter de linkerdeur bevond zich de Dood. Het Leven kende ik al. Dus nieuwsgierig als ik ben, klopte ik voorzichtig aan bij die andere deur. Daar vond ik de Dood. Hij (of zij) was totaal anders dan ik me had voorgesteld. Daar st...